Biografie 1980 - Heden

In 1982 kreeg Lehmann een beurs van de Europese Unie voor een cursus in Bodrum, Turkije. Zijn reputatie als scheepsarcheoloog leek te zijn gevestigd.

In 1995 promoveerde hij, inmiddels 75 jaar oud, in de Scheepsarcheologie op zijn studie over antieke roeischepen (triremen) [promotor Fik Meijer]. Daarmee hief hij zijn ban op literaire publicaties op. Eén dag na zijn promotie stond hij op de stoep van de uitgever. Al veertien dagen later had hij een nieuwe en te publiceren bundel gedichten klaar.
Nog geen jaar later maakte hij een geslaagde literaire comeback met de bundel Vluchtige steden (en zo). Belangrijker nog dan schrijven voor Louis Lehmann was muziek. Al als kind raakte hij geïnteresseerd in Zuid Amerikaanse muziek, zoals de tango. Later maakte hij daar nog uitgebreid kennis mee, hij volgde jarenlang tangolessen en bezoekt Rio de Janeiro. De Tango Academie verleende hem een oorkonde.

Behalve in de tango verdiepte Lehmann zich in alle vormen van muziek en speelde behalve piano, gitaar, mondharmonica en accordeon. In 1961 ontpopte hij zich als een Schotse shanter toen hij zong tijdens het Edinburgh Festival Fringe, waarbij hij zichzelf op de gitaar begeleidde. Nog meer dan musiceren, hield hij van componeren. Hij componeerde de ‘zakopera’ Der Mörder en het ballet Orphika.
Hij ontpopte zich als danser, behalve in het genoemde ballet, danste hij - in 1997 - mee in Aubette, een hommage aan Theo van Doesburg.
Vanaf zomer 1995 werd Louis Th. de vaste wekelijkse presentator van de radiopraatjes in het VPRO programma De Avonden. Als diskjockey besteedde hij daarin tien jaar lang aandacht aan de meest uiteenlopende soorten muziek.
Op de site van De avonden zijn de afleveringen vanaf ongeveer 2001 te vinden.

In 1997 brengt hij (inmiddels 77 jaar) tijdens de Nacht van de Poëzie in het Utrechtse Vredenburg, voor een overwegend jong publiek, een ware rap-act ten gehore: ‘Maak het maar, maak het maar, maak het maar bebabbelbaar,’ zichzelf begeleidend met een zelfgefabriceerde human beat-box. In 2000 verscheen de - aangevulde - bundel verzamelde gedichten, Gedichten 1939-1998

In 2003 verschijnt Toeschouw een aanstekelijke mengeling van sonnetten, toeristische reisgedichten, kleine en grote observaties, lofzangen en puntdichten. En daarna de bundel Wat boven kwam, Lehmann: 'Van mij kan men zeggen / dat ik mij verlies / in kleinigheden. / Maar ook / dat ik mij erin vind',Op 30 mei 2004 ontving Louis Th. Lehmann de Ruigoord Trofee tijdens de pinkstermanifestatie Vurige tongen in Ruigoord, de culturele vrijhaven in Amsterdam. “Bedankt voor deze spiraal”, zei hij doelend op de handgesneden houten doos met Ruigoord-symbool waarin een bronzen plaquette lag. De Trofee wordt jaarlijks in het kunstenaarsdorp Ruigoord toegekend aan een kunstenaar die een belangrijke bijdrage levert aan het Vrije Woord. In 2003 ontving Simon Vinkenoog de onderscheiding en in 2005 Diana Ozon.

In 2006 werd Lehmann geëerd door Spinvis, met de Louis Lehmann Suite op de cd "JA!", een samenwerkingsproject tussen Spinvis en dichter Simon Vinkenoog met een animatie Douwe Dijkstra, ook verschenen op de Spinvis single "Flamingo" dat naast muziek ook verschillende korte films bevat.

Op 27 februari 2006 treed hij op tijdens de herdenking van Poëzie in Carré, de oorsprong van de Nacht van de Poëzie. Na 40 jaar schittert Louis Lehmann opnieuw met zijn gedichten

In april 2007 verscheen het boekje 'Louis Lehmann als homo universalis' in de Zeeuwse Slibreeks ingeleid en samengesteld door dichteres Ilse Starkenburg. Het geeft een overzicht van de veelzijdigheid van Louis Lehmann.
In 2010 verschijnt Kort Verslag van de Gebeurtenissen, een bundel vol neologismen, dat in de jaren zestig door Lehmann is geschreven en eigenhandig werd uitgetikt.
‘Het boek verschijnt in de reeks Bâtavismen van de Nederlandse Academie van Patafysica, De Bâtafysica en is enig in zijn soort: het bestaat uit ongeveer 15.000 woorden, die geen van alle bestaan en toch de indruk wekken Nederlandse woorden te zijn. In poëzie wemelt het van nonsens-woorden, maar een nonsens-prozatekst lijkt een unicum, zeker van deze omvang’. (Raymond van den Boogaard, NRC Handelsblad) In april 2010 werd hem tijdens een feestelijke avond bij de Literaire stichting Perdu een eregeld van het Letterenfonds toegekend:

‘Naast dichter is Louis Th. Lehmann romancier, essayist, recensent, vertaler, wetenschapper - zowel jurist als scheepsarcheoloog - en DJ. Als negentienjarige debuteerde hij met gedichten in diverse tijdschriften, gevolgd door de bundels Subjectieve rapportage en Dag- en nachtlawaai. Sinds 1939 weet Lehmann scherend langs alle literaire stromingen doorheen de twintigste eeuw zijn eigen poëtische identiteit te bewaren en tegelijkertijd neologismen op een eigenzinnige wijze te verwerken.’(zie ook: Recensies)

Louis Lehmann overleed op 23 december 2012.



Voordracht
Foto: Candida Calaço Belmonte

Lehman-piano

Lehmann_dance
Foto: Janneke Viegers